Dat blijkt maandag uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De daling ligt daarmee aanmerkelijk lager dan in 2012, toen het inkomen van Nederlanders gemiddeld met 2,2 procent daalde. De daling is volgens het statistiekbureau vooral te wijten aan de geringe stijging van de lonen. Die gingen met slechts 1,2 procent omhoog, terwijl de inflatie gemiddeld uitkwam op 2,5 procent.
Daardoor kunnen huishoudens in verhouding minder kopen van hun inkomen, omdat de prijzen sterker toenemen dan de lonen. Omdat ook bedrijven hun winsten vorig jaar met een fractie zagen afnemen en er meer geld naar het buitenland ging - in de vorm van dividend of betaalde rente - nam het inkomen van de totale economie met 2,1 procent af op jaarbasis, zo berekende het CBS.
Ook de hogere belasting en sociale premies en de dalende werkgelegenheid deden de krimp hoger uitvallen. In verhouding kregen bedrijven echter een groter deel van de koek dan consumenten. De winsten van bedrijven daalden namelijk slechts met 0,6 procent in vergelijking met 2012, minder sterk dan de inkomensdaling van huishoudens. Dat betekent dat bedrijven relatief gezien meer gingen verdienen dan consumenten.