De goederen waren geleverd door de Koerdische autoriteiten in Irak, zo liet het Amerikaanse Central Command zondagavond weten. De droppings werden uitgevoerd door C-130 transportvliegtuigen. Daaraan voorafgaand waren in de omgeving van Kobani elf luchtaanvallen uitgevoerd. De droppings zijn tegen het zere been van Turkije, dat zich verzet tegen Amerikaanse wapenleveranties aan de Koerdische opstandelingen in Syrië.
Turkije beschouwt de voornaamste Koerdische verzetsgroep in Syrië als een verlengstuk van de PKK, waarmee het zelf al tientallen jaren in gevecht is en die door de VS en de NAVO als terroristische organisatie is bestempeld. Volgens een Amerikaanse regeringsbron heeft de Amerikaanse president Barack Obama zaterdag met de Turkse president Recep Tayyip Erdogan getelefoneerd om hem van de aanstaande droppings op de hoogte te stellen.
De zegsman wilde niet zeggen hoe Erdogan had gereageerd. De VS stellen dat de droppings als een humanitaire daad beschouwd moeten worden; als Kobani valt, zullen de Daesh-strijders de Koerden in de stad waarschijnlijk afslachten. Een andere regeringsbron zei dat er in de komende dagen wellicht meer droppings voor de Koerdische strijders in Kobani zullen volgen.