Het vorige kabinet bestond uit slechts twee partijen zonder meerderheid in het parlement; het nieuwe omvat vijf partijen, waaronder de islamistische Ennahda. De nationalistische Nida Tunis-partij van Essid won de verkiezingen in oktober met een platform tegen de islamisten, die er volgens Nida Tunis na de revolutie van 2011 weinig van terecht hadden gebracht.
Essid heeft nu in zijn nieuwe kabinet één post vergeven aan de woordvoerder van Ennahda, Ziad Ladhari, die minister van werkgelegenheid wordt. De coalitie omvat ook de populistische Vrije Patriottische Unie en de liberale Afek Tounes, die elk drie ministersposten hebben gekregen. Het parlement zal naar verwachting woensdag zijn vertrouwen geven aan de regering.
Het linkse Volksfront blijft in de oppositie, samen met een handvol splinterpartijen. Toch kan de coalitie wankel zijn, omdat veel partijen aanvankelijk niets wilden weten van samenwerking met de islamisten. Aan de andere kant vinden veel aanhangers van de islamisten één ministerspost veel te weinig. Tunesië gaf in 2011 de aanzet tot een golf van pro-democratische opstanden die bekend werd als de Arabische Lente.
Het is het enige land waar de overgang naar democratie lijkt te zullen slagen. Terugdringen van de hoge inflatie en werkloosheid vormt de voornaamste uitdaging van de nieuwe regering.