Hij reageert geschokt op wat hij noemt de antisemitische hate crime die een Joodse inwoonster overkwam, waarbij anonieme daders haar auto bekrasten met hakenkruizen. Als de bestrijding van discriminatie dezelfde prioriteit krijgt als de aanpak van huiselijk geweld, zet de politie speciaal opgeleide agenten op deze high impact crimes om de daders op te sporen en voor de rechter te brengen; ook zonder aangifte. Morgen stemt de Tweede Kamer over een motie van Ahmed Marcouch (PvdA) met die strekking.
Hate crime Akrouh is verontwaardigd over het verwijt van de politie dat de bedreigde onderneemster 112 niet heeft gebeld. Dit betekent dat de politie discriminatoir vandalisme wilde afhandelen als een eenvoudige vernieling. Akrouh: “Niks enkelvoudige vernieling, dit is een hate crime die angst wil aanjagen onder alle inwoners met een joodse achtergrond en onze samenleving wil vergiftigen met haat. Dat kan ik niet accepteren. Hilversum heeft een samenleving nodig waarin mensen zich veilig genoeg voelen om contacten te leggen, naar school te gaan, hier zonder angst te wonen en te werken”
Actief opsporen Politieagenten moeten in hun aanpak bij dit type hate crimes doortastend te werk gaan. Akrouh vraagt de Burgemeester om bij de korpschef aan te dringen op actueel getrainde agenten die sensitief zijn voor de huidige samenleving: “Politieagenten werken in de haarvaten van onze samenleving, zij dienen te begrijpen dat een simpel vinkje op een vragenlijst niet volstaat.”
Beschermen De PvdA in Hilversum heeft raadsvragen gesteld aan burgemeester Pieter Broertjes gesteld. Akrouh: “Ik vind dat discriminatoir geweld net zo serieus genomen moet worden als bijvoorbeeld huiselijk geweld, waarbij de politie meteen naar de plaats delict gaat, foto’s maakt van de situatie en van de blauwe plekken en direct een medisch onderzoek volgt. Zo moet het ook bij dit discriminatoir vandalisme. Ik wil dat de slachtoffers zich beschermd en veilig weten bij ons in Hilversum.”
De PvdA wil dat het slachtoffer bij dit soort ingrijpende gebeurtenissen goed wordt ondersteund. Akrouh: ‘Ik hoop op Burgemeester Broertjes die present is. En zorgt voor een buurtonderzoek. Opmerkingen als “u had 112 moeten bellen” zorgen alleen maar voor meer afstand tussen de politie en de burger. In een tijd vol spanningen is dat levensgevaarlijk. Ik verlang weer naar de tijd waarop ik kan zeggen dat de “politie mijn beste vriend is.”
Onlangs bleek dat slechts 25% van het strafbaar discriminatoir geweld voor de rechter komt. Akrouh stelt voor dat Hilversum met voorrang gaat handelen volgens van het strijdplan discriminatie volgens de motie Marcouch, waarin de minister wordt opgedragen alle vormen van discriminatie geconcentreerd te bestrijden, met bijgespijkerde agenten en aanklagers, maar ook met inzet van docenten; en van reclasseringsmedewerkers die daders heropvoeden. Akrouh: “Als het goed is, wordt hierover dinsdag (motie van Marcouch) gestemd. Het zou mooi zijn als dit wordt aangenomen.”