Taalcoach: Fries project combineert taalles met sociale begeleiding

algemeen
0
21 jun '08
Tienduizend taalcoaches moeten Nederlandse migranten spelenderwijs Nederlands leren.

Dus trokken allochtone werknemers van de Friese sociale werkgever Caparis er met een collega op uit.

Mark koopt een plant bij Intratuin. ’Voor Fatah’, schrijft hij op een kaartje. En: ’Ik ben trots op je.’ Deze middag zal hij de plant overhandigen bij de diploma-uitreiking. Fatah, een Irakees van 42, heeft een bijzondere cursus Nederlands gevolgd. Twintig lessen kreeg hij in de schoolbanken, daarnaast oefende hij in de praktijk met een collega, Mark. Negentien buitenlandse werknemers van de vestiging Leeuwarden van de Friese werkvoorziening Caparis deden het afgelopen half jaar mee aan dit ’maatjesproject’.

Steeds harder klinkt de roep om meer scholing op sociale werkplaatsen om de doorstroming naar de reguliere arbeidsmarkt te bevorderen. Caparis is daar al een jaar mee bezig, zegt Bernard Posthumus, vestigingsdirecteur in Leeuwarden. Behalve het maatjestraject loopt er nog een cursus taal en rekenen voor laaggeletterden. En begin deze maand kreeg een groep het certificaat ’Ontdek je mogelijkheden’.

De Turkse Funda (54) mocht vanwege haar geloof alleen in zee met een vrouwelijk maatje. Haar cheffin Yda Nauta begeleidde haar. Funda redt zich na tweeëndertig jaar in Nederland zo op het oog aardig. Aan de koffie in Intratuin, voert ze het hoogste woord. „Achttien”, grapt ze, gevraagd naar haar leeftijd. Maar Funda en Fatah zijn zelf niet tevreden. Fatah: „Mijn kinderen verbeteren mij. Ze zeggen: Papa, dat is niet goed, je moet zó praten.” Sommige duo’s gingen samen naar een instantie om iets te regelen. Funda en haar coach Yda gingen kleren kopen en spullen voor de koikarpers van Yda. En tijdens lunchpauzes kletsten ze over de verschillen tussen Nederland en Turkije. Als Funda laat weten dol te zijn op hachee, noemt ze het eten met veel ’siepels’. Yda schiet in de lach: „Siepels is Fries, nu heb ik je te veel Fries geleerd.”

Mark ging met Fatah mee naar zijn lessen. „Ik noteerde waar hij moeite mee had en dat oefenden we dan later.” Mark wist direct dat hij een collega wilde helpen. „Ik doe dit uit mijn hart. Buitenlanders zijn mijn broeders en zusters.” Toch was het lastig bij de eerste editie van het maatjesproject om genoeg begeleiders te vinden. Vrijwilligers sprongen bij. Directeur Posthumus hoopt dat Marks enthousiasme aanstekelijk werkt. En de eisen aan een maatje zijn niet hoog. Enthousiasme en inzet is eigenlijk al genoeg, om een buitenlandse collega te helpen. En ook maatjes winnen bij deelname. Posthumus: „Na vieren hebben sommigen nog amper contacten. Het mes snijdt aan twee kanten.” Fatah en Mark zijn vrienden geworden. De laatste zit sinds kort in een rolstoel vanwege trilaanvallen. Bij het bezoek aan het tuincentrum helpt Fatah hem geduldig in en uit het rolstoelbusje en bij het eten van een tompouce.
Funda en Fatah maken ondertussen carrière. De eerste is binnen de werkplaats gepromoveerd en droomt ervan ooit buiten een ’echte’ kantoorbaan te bemachtigen. Fatah is net voorman van zijn afdeling geworden. Yda Nauta: „Wij willen Fatah niet laten gaan.” Half miljoen allochtonen moet nodig op les
Het Friese ’taalmaatjesproject’ past in de plannen voor taalcoaching van integratieminister Ella Vogelaar. Zij trekt de komende drie jaar 11 miljoen euro uit voor een project om Nederlandse migranten, met behulp van vrijwilligers, te helpen het Nederlands spelenderwijs onder de knie te krijgen.

Ongeveer een half miljoen allochtonen, van wie een groot deel al langere tijd in Nederland woont, beheerst de taal onvoldoende. Volgens minister Vogelaar is bijna de helft van de Nederlandse bevolking bereid om zich als taalcoach in te zetten. Om zoveel mogelijk mensen te werven, werkt de overheid samen met scholen, vakbonden en maatschappelijke organisaties zoals het Rode Kruis, Gilde Nederland en Humanitas.

© MAROKKO.NL 2008
integratie
vogelaar
taalles
scholing
allochtonen
samenwerking
Log in met je MNL-ID
| wachtwoord vergeten?