'Goochelaars zie je tegenwoordig niet meer'

sport
0
15 aug '00

De eredivisie verliest zijn beste spelers aan het buitenland en kan allang niet meer concurreren met grote voetballanden. Ajax, Feyenoord en PSV dreigen de eredivisie zelfs te verlaten. Wat is er over van de charme? Vandaag in deel 1 van een vierdelige serie Harris Huizingh, de routinier van Heerenveen die sinds 1983 betaald voetbal speelt. Op zijn 37ste debuteert hij in de Champions League.




WANNEER dat was? Ergens in het seizoen 1985/'86, vermoedt hij. Het was één van zijn eerste seizoenen bij FC Groningen. 'Ajax-uit. Wij hadden aan een gelijkspel genoeg. Ik geef een hakje op de rand van ons eigen strafschopgebied en vervolgens draait Robbie Witschge 'm zo in de kruising. Verloren. Dat haal je tegenwoordig niet meer in je hoofd. Nu ros ik de bal zo het stadion uit.'

Harris Huizingh is 37 en loopt al 'drie à vier generaties' mee in het betaald voetbal. Binnenkort volgt zijn debuut in de Champions League, zeg maar het ultieme uitvloeisel van de verzakelijking en vercommercialisering waaraan het voetbal al jaren ten prooi is. Ook Huizingh vraagt zich vaak af of het allemaal goed is. In de kleedkamer bij Heerenveen laten de jonkies soms een naam van vroeger vallen en dan zegt Huizingh: verrek, daar heb ik nog tegen gespeeld.

En dan stelt hij bijna altijd vast dat het toen kleurrijker was. 'Vroeger was er meer ruimte voor markante persoonlijkheden. We hebben bij Groningen Fandi gehad, de parel uit het Oosten. Geweldige voetballer. En later Djurovski. Wat die flikte. Verscheen op trainingskampen niet aan het ontbijt, stond 's winters op moonboots te trainen. Maar voetballen; kon alles.

'In die tijd ging de voorzitter van een club op reis, zag ergens een leuke voetballer en die nam hij mee. Nu gaat een club een speler vijf, zes keer bekijken. Past-ie in het concept? Hoe is z'n mentaliteit? Hier bij Heerenveen willen ze geen vervelende ventjes. Het worden steeds meer grijze muizen. Ze moeten passen in het keurslijf. De nadruk ligt steeds meer op het tactische; goochelaars zie je tegenwoordig niet meer.'

Na in totaal twaalf seizoenen FC Groningen, onderbroken door vier jaren Veendam, dacht Huizingh eigenlijk al voorzichtig aan stoppen, toen in het voorjaar van 1999 SC Heerenveen hem verleidde. Nog één avontuurtje, mooi man. Nu, aan de vooravond van zijn tweede seizoen bij de Friese club, bestempelt hij die late transfer als een cultuurschok. In de nadagen van zijn loopbaan is Huizingh tot het inzicht gekomen dat voetbal meer is dan tegen een bal trappen.

Of hij maar even bij de diëtiste wilde langs gaan? 'Ik was amper twee dagen bij de club. Nou, vooruit maar dan. Ik eet nu anders. Als ik zie wat wij hier aan vitamines binnen krijgen. Alles wordt gemeten. Elke twee weken worden we gecontroleerd: je moet beneden een bepaald vetpercentage en beneden een bepaald gewicht zitten. Zit je daarboven, dan krijg je aangepaste training en een boete.

'Afgelopen seizoen, na de winterstop, kwam ik terug op het stadion. Twee weken vrij gehad. Je kent dat wel: oliebollen, op z'n tijd een biertje. Te zwaar dus. Kreeg ik een maand corvee. Liep ik de hele dag met alle spullen te sjouwen van en naar het trainingsveld. Je eerste gedachte is: verdomme, ik ben 36, dit hoef ik me toch niet meer te laten vertellen.

'Later ga je d'r over nadenken. De club wil hoog voetballen en ze betalen mij om daarbij te helpen. De belangen in het voetbal zijn tegenwoordig zo groot. Als speler moet je je daarvan bewust zijn, dus moet je zorgen dat je fit bent. Ik heb nu het gevoel dat ik meer topsporter ben dan vroeger. Toen was ik liefhebber, nu ben ik met mijn vak bezig.'

Al gaat het hem ook weleens te ver. Voetbal heeft in Heerenveen veel weg van wetenschap, zegt Huizingh. 'De nadruk ligt hier erg op krachttraining en atletiek.' Er kan geen nieuw apparaat op de markt zijn of in het krachthonk van SC Heerenveen staat een exemplaar te glimmen. Trainers die op hun kantoor internet afspeuren naar nieuwe trainingsvormen, echt waar. Huizingh: 'Maar de resultaten zijn er wel naar.

'Wij hebben vorig seizoen fantastisch gedraaid en dat kun je nu goed merken. Veel trainers, uit binnen- en buitenland, zijn nieuwsgierig hoe hier gewerkt wordt. Er komen vaak trainers kijken en informeren. Hier bij Heerenveen lopen ze voorop.

'Trainen is leuker geworden, zeker in de voorbereiding. Ik heb wel meegemaakt dat we alleen maar duurlopen maakten. Drie keer op een dag: voor het ontbijt, half elf weer, 's middags nog drie kwartier en dan 's avonds nog een wedstrijdje. In die tijd waren trainers pas tevreden als de spelers er helemaal doorheen zaten en opgeblazen benen hadden. Ziezo, dachten ze dan, met de conditie zit het wel goed.

'Tegenwoordig doen we heel andere loopoefeningen. Geen lange afstanden meer, maar kort en explosief. Alles is functioneel en met de bal. Zoals in wedstrijden. Ik merk het aan mezelf. Normaal moet je met 37 jaar natuurlijk fysiek problemen krijgen, maar ik ben lichamelijk fitter dan vijftien jaar geleden.'

Dat geldt volgens hem voor bijna alle spelers. Kijk maar naar het niveau van de competitie. Het baltempo is veel hoger komen te liggen, spelers zijn fysiek sterker en ze kunnen allemaal voetballen. Vroeger, zegt Huizingh, had elke ploeg één spelbepaler en de rechtsback en de voorstopper moesten zorgen dat ze bal zo snel mogelijk bij die speler inleverden. Tegenwoordig, zegt Huizingh, kan elke rechtsback een man uitspelen.

Voorstoppers, daar kan je het verschil pas goed aan zien. Huizingh: 'Voetbal is nog wel hard, maar niet meer zo gemeen als vroeger. Twee benen naar voren, natrappen, ellebogen, dat was vroeger normaal. John de Wolf, Johan de Kock, dat konden klootzakken zijn in het veld. Heel gemeen. Nu is Vrede van Roda JC de moeilijkste voorstopper die je kunt treffen. Maar die jongen is absoluut niet gemeen. Ook een voorstopper is nu gewoon een hele goeie voetballer.'

Bron: © Volkskrant

© MAROKKO.NL 2000