De stijging is vooral te zien bij Turken. Jongeren zeggen dat het huidig beleid geen invloed heeft op hun keuze. Dit meldde het CBS in het Jaarraport Integratie 2010. Vijf jaar geleden ontstond er nog ongerustheid over het aantal migratiehuwelijken. Met name de tweede generatie zou steeds vaker voor een vrouw uit het land van herkomst kiezen. Bij Marokkanen lag het ongeveer rond de 59% en bij Turken maar liefst op 70%. Door streng beleid op het gebied van gezinshereniging onder Rita Verdonk nam het aantal migratiehuwelijken vanaf 2004 flink af.
Na een aantal jaren waarin het aantal migratiehuwelijken flink daalde is sinds kort weer een lichte stijging waar te nemen. Het totale aantal migratiehuwelijken was vorig jaar 2.800, 400 meer dan in 2008. In 2001 werden er nog 6.200 migratiehuwelijken afgesloten. In 2009 huwden er in Nederland 30 duizend allochtonen. Bij 9% van deze huwelijken kwam de partner naar Nederland om te trouwen. Onder allochtonen van Turkse en Marokkaanse herkomst ligt dat aandeel echter veel hoger, hoewel allochtonen van de tweede generatie minder vaak een partner uit het herkomstland laten overkomen dan allochtonen van de eerste generatie.
Het aandeel migratiehuwelijken is met 28% het hoogst bij Turkse allochtonen van de eerste generatie. Bij de Turkse herkomstgroep van de tweede generatie lag dat aandeel in 2009 op 17%, iets hoger dan het jaar ervoor (13%). Bij de huwende Marokkanen was het aandeel migratiehuwelijken onder de tweede generatie met 9% veel lager. Bij de eerste generatie was het 22%.
Bron: Wereldjournalisten