Het meisje van Marokkaanse afkomst had geweigerd om haar hoofddoek af te doen. Daarop kreeg ze te horen dat ze niet meer hoefde te komen werken. Onterecht, aldus de CGB.
De speelgoedwinkel deed het verzoek nadat een klant zou hebben opgemerkt niet geholpen te willen worden door iemand met een hoofddoekje. Het toen 17-jarige meisje werkte toen al bijna een jaar bij de zaak.
Haar hoofddoekje was tot dan toe nooit een probleem geweest. Volgens de CGB gaat het hier om verboden discriminatie op basis van godsdienst.
Vorige maand speelde een soortgelijke zaak bij een Belgisch filiaal van de HEMA. Een uitzendkracht kreeg geen verlenging van haar contract omdat zij een hoofddoek draagt. Ook daar was het argument dat klanten er negatief op reageerden. De warenhuisketen bood haar uiteindelijk een nieuwe baan aan.
Bron: nu.nl