De Nederlandse ambassadeur in Marokko overlegt woensdag met de Marokkaanse regering over het aan banden leggen van de export van uitkeringen. Dat bevestigt een woordvoerder van minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher (PvdA) woensdag. Het gesprek stond al langer gepland, aldus de zegsman. Tijdens dit eerste gesprek zullen vooral wederzijdse standpunten worden uitgewisseld, verwacht hij.
Nederland wil de uitkeringen stopzetten van Marokkanen die in Nederland hebben gewerkt, maar weer terug zijn gekeerd naar hun thuisland. Het gaat daarbij om de kinderbijslag en kindgebondenbudget. Nederland wil het verdrag dat daarover is gesloten met Marokko aanpassen. Is Marokko hiertoe niet bereid, dan wil Asscher het verdrag opzeggen. Asscher zei dinsdag dat kinderbijslag is bedoeld voor kinderen die in Nederland opgroeien, niet voor kinderen die opgroeien in een land buiten de EU.
Asscher gaat verder de hoogte van de uitkeringen die overblijven aanpassen aan het welvaartsniveau van Marokko. Het bedrag zal hierdoor lager uitvallen. De vicepremier snapt niet dat Marokko hier boos over is. "Het is heel logisch dat de uitkering is bedoeld om te voorzien in het levensonderhoud, niet om er rijk van te worden", zei hij dinsdag.
De woede van Marokko hierover is niet alleen te laat, maar ook onterecht, aldus de bewindsman. De wet die dit regelt is namelijk per 1 januari in werking getreden. De PVV heeft woensdag Kamervragen gesteld over de kwestie.
PVV-leider Geert Wilders noemt het een gotspe dat Marokko protesteert tegen de beperking van de export van Nederlandse uitkeringen, terwijl in Nederland moet worden bezuinigd. Wilders roept op de uitkeringen aan Marokko zo snel mogelijk aan banden te leggen.