VN weet het zeker na onderzoek: sarin gebruikt in Syrië

buitenland
16
16 sep '13
De Verenigde Naties hebben 'overtuigend bewijs' dat bij een aanval op een voorstad van de Syrische hoofdstad Damascus op 21 augustus chemische wapens zijn gebruikt.

Dat staat in het rapport van de VN-inspecteurs die de aanval in Syrië onderzochten. In hun rapport schrijven de inspecteurs dat uit de chemische, weefsel- en bodemmonsters die ze hebben verzameld duidelijk blijkt dat er gronddoelraketten zijn ingezet waarin het gifgas sarin zat. De aanval werd uitgevoerd in Ghouta, een voorstad van Damascus.

"De conclusie is dat chemische wapens zijn gebruikt in het voortslepende conflict tussen de partijen in de Syrische Arabische Republiek (...) tegen burgers, onder wie kinderen, op een betrekkelijk grote schaal", aldus de eerste pagina van het rapport. Secretaris-generaal van de VN Ban Ki-moon kreeg het rapport zondag uit handen van Ake Sellström, het hoofd van het inspectieteam.

Ban geeft later maandag tekst en uitleg aan de Veiligheidsraad over het rapport. De aanval op Ghouta vond plaats op het moment dat de VN-inspecteurs al in Syrië waren om andere mogelijke gifgasaanvallen te onderzoeken. Pas na dagen getrouwtrek mochten ze naar Ghouta om het gebied te onderzoeken. Van de Syrische regering, en haar bondgenoot Rusland, mochten de inspecteurs zich echter niet over de schuldvraag buigen.

De aanval kostte aan honderden mensen het leven: Artsen zonder Grenzen sprak van 355 doden, de Verenigde Staten zeggen dat er meer dan veertienhonderd mensen omkwamen. De rebellen en hun bondgenoten in het Westen en de Arabische wereld houden het regime verantwoordelijk. De Syrische regering wijst met de beschuldigende vinger naar de rebellen.

© Novum 2013
vn
syrië
arabische lente
damascus
ghouta
gifgasaanval
Log in met je MNL-ID
| wachtwoord vergeten?