Al-Haeri wordt gezien als een van de mentors van de radicale geestelijke Muqtada al-Sadr en veel Iraakse militiestrijders zijn aanhangers van Al-Haeri. Nu al spelen sjiitische strijders uit Irak en Libanon een grote rol in de Syrische burgeroorlog. De verwachting is dat de fatwa de sektarische ondertoon van het conflict verder versterkt. De thuisbasis van Al-Haeri is Qom, de religieuze hoofdstad van Iran.
Onder zijn achterban zijn ook veel strijders van de gevreesde Asaib Ahl al-Haq-militie, een door Iran gesteunde groep die herhaaldelijk aanvallen uitvoerde op Amerikaanse militairen in Irak. De leiding over de militie is in handen van de sjiitische geestelijke Qais al-Khazali, die jaren vastzat in de Verenigde Staten. Veel sjiitische strijders in Syrië vechten bij het heiligdom Sayida Zeinab, ten zuiden van de hoofdstad Damascus.
Gevraagd of het toegestaan is om naar Syrië af te reizen om aan de strijd deel te nemen, zei Al-Haeri zondag dat de strijd in Syrië niet draait om het heiligdom Sayida Zeinab, maar dat het 'een gevecht is van ongelovigen tegen de islam'. De islam moet volgens de geestelijke worden verdedigd. "Vechten in Syrië is toegestaan en diegenen die sterven zijn martelaren", aldus de grootayatollah.
Soennieten De strijd in Syrië is gekenmerkt door de strijd tussen soennieten en sjiieten. Dat uitgerekend een sjiitische geestelijke zijn tegenstanders als ongelovigen beschrijft is opmerkelijk. Wereldwijd zijn er soennitische geleerden die nog een meningsverschil hebben over de strijd in Syrië. Daar waar voorstanders het legaal en broodnodig vinden gezien de religieuze strijd vinden anderen dat er gehouden moet worden aan de strikte voorwaarden van de jihad.