De Nederlandse staat moet ze met terugwerkende kracht de volledige uitkering betalen plus rente, oordeelt de Centrale Raad van Beroep in een besluit dat maandag is gepubliceerd op de website rechtspraak.nl. De uitkering van de weduwen werd met ingang van 2013 met veertig procent verlaagd in verband met het zogeheten woonlandbeginsel.
Deze maatregel zorgt ervoor dat een Nederlandse uitkering wordt aangepast aan de levensstandaard van het land waarin de ontvanger woont. Het kabinet hoopt zo miljoenen euro's te bezuinigen door het 'weglekken' van uitkeringen naar het buitenland tegen te gaan. De uitkering is de vrouwen toegekend voordat de nieuwe regel inging en kan in hun geval niet zomaar worden aangepast, oordeelt de Centrale Raad van Beroep.
Bovendien is de aanpassing in strijd met het sociale zekerheidsverdrag dat Nederland met Marokko heeft gesloten. Dit verdrag regelt dat een nabestaandenuitkering die is verkregen op grond van de Nederlandse wet, niet kan worden verminderd omdat de rechthebbende in Marokko woont. Afgelopen maart kwam de raad tot dezelfde conclusie in de zaak van enkele Turkse weduwen, al was dat op grond van EU-regels.
De Wet woonlandbeginsel geldt ook voor andere uitkeringen, zoals de kinderbijslag. De verlaging van kinderbijslag voor kinderen in Turkije en Marokko komt op een latere zitting aan de orde. De Centrale Raad van Beroep is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht, het burgerlijke en militaire ambtenarenrecht en delen van het pensioenrecht.