Dat meldt het Comité ter Bescherming van Journalisten (CPJ) aan persbureau Anadolu.
Onder hen waren freelanceverslaggevers, fotojournalisten en verslaggevers die tussen vrijdag en maandag verwondingen opliepen op het complex van de Al-Aqsa-moskee.
"Journalisten zouden demonstraties in Jeruzalem moeten kunnen verslaan zonder bang te hoeven zijn dat de Israëlische bezettingstroepen ze roekeloos met rubberen kogels beschieten", zei Ignacio Miguel Delgado Culebras, vertegenwoordiger van de CPJ in de MENA-regio (Midden-Oosten en Noord-Afrika).
Delgado Culebras riep de Israëlische autoriteiten op om alle aanvallen op journalisten door de militaire politie te onderzoeken en de verantwoordelijken ter verantwoording te roepen.
De onrust in Palestina laaide vorige week vrijdag op, toen de militaire Israëlische politie buitenproportioneel en uiterst gewelddadig reageerde op Palestijnse protesten tegen de geplande uitzetting van zeker zestig Palestijnse gezinnen in Oost-Jeruzalem. De Palestijnse bewoners moeten plaats maken voor Joodse kolonisten.
Israël bestormde meermaals de Al-Aqsa-moskee en vuurde flitsgranaten, rubberen kogels en stinkdierwater op ongewapende Palestijnen. De onrust is uitgelopen van protesten tot raketaanvallen van en naar de Gazastrook.
Sinds het geweld maandag escaleerde, zijn in de Gazastrook minstens 65 Palestijnen omgekomen, waaronder minsterns 14 kinderen. Israël meldde zes slachtoffers.