Marokkaanse vrouw verovert de markt

economie
32
7 jan '08
De Marokkaanse slager, de Turkse groenteboer. Ze zijn niet meer weg te denken uit ons straatbeeld.

Ook vrouwelijke allochtone ondernemers doen van zich spreken. De tijd dat de succesvolle ondernemer uitsluitend blank, man en van middelbare leeftijd was, is voorbij. Ons land telt ruim 14.000 ondernemers met een Turkse en Marokkaanse achtergrond. Hiervan is zo’n 30 procent vrouw. Volgens onderzoekster Caroline Essers (37) van de Radboud Universiteit in Nijmegen zal dit percentage alleen maar toenemen.
 
‘Ze willen zelfstandig zijn’, legt ze uit. ‘Juist vanwege hun specifieke achtergronden slagen ze erin om vernieuwende producten in de markt te zetten, zoals rijscholen die zich specifiek richten op vrouwelijke klanten.’
 
Hoe bewegen deze vrouwen zich binnen de kaders van ondernemerschap op het kruispunt van sekse en etniciteit? Deze vraag vormde de ruggegraat van het proefschrift dat Essers vandaag in Nijmegen verdedigt. De promovenda, verbonden aan de Faculteit der Managementwetenschappen, verzamelde twintig levensverhalen van Turkse en Marokkaanse onderneemsters in Nederland. Sommige van hen runnen een schoonheidssalon of kledingzaak. Maar er is ook eentje met een productiemaatschappij voor documentaires.

Essers: ‘Ze zijn vrouw, migrant, moslim en ondernemer. Hoe combineren ze deze rollen? In zekere zin is het spanningsveld vergelijkbaar met eind jaren zestig, begin jaren zeventig, toen autochtone onderneemsters er ook veel voor moesten doen om serieus genomen te worden. Ondernemerschap heeft immers een masculiene connotatie.’

De onderzoekster constateert dat de vrouwen vaak bescheidener zijn dan hun mannelijke of autochtone collega’s. Ze durven minder snel bij een bank om een lening aan te kloppen. Een ander verschil is dat de patriarchale samenleving nadrukkelijker aanwezig is. Hierdoor is het voor allochtone onderneemsters lastiger om zich in de publieke sfeer te bewegen. Daardoor zetten de vrouwen soms gehaaide tactieken in: ‘Doe je niets in het huishouden, dan vraag ik echtscheiding aan. Tegen de achtergrond van culturele en religieuze taboes weten de vrouwen dat hun man daar niet op zit te wachten.’

Overigens ziet geen van de vrouwen die aan Essers’ onderzoek meewerkten, de islam als een beperkende factor bij het ondernemerschap. Noch herkennen ze zich in het stereotiepe beeld dat in de media wordt geschetst, bijvoorbeeld over het niet schudden van de hand van mannen, aldus Debeurs.nl.

‘Om moe van te worden’, verzucht Aysel Toprak (38). Ze is eigenaar van een kledingzaak in Nijmegen en één van de door Essers geïnterviewde onderneemsters: ‘Ik kom zelf uit Turkije en ken daar zoveel vrouwen die een eigen zaak hebben. Dat soort gedoe ben ik daar werkelijk nog nooit tegengekomen. Je moet gewoon met je tijd mee.’ Essers vult aan dat de vrouwen als legitimatie voor hun ondernemerschap vaak zelfs verwijzen naar de eerste vrouw van de Profeet Mohammed, Khadija, die een zeer succesvolle zakenvrouw was.

Misschien is het wel juist vanwege het spanningsveld tussen gender en etniciteit waarin de onderneemsters opereren, dat ze creatieve strategieën hebben ontwikkeld om hun ondernemerschap te claimen. Essers: ‘Ze lijken hierdoor zelfs een voortrekkersrol te vervullen in de emancipatie van andere allochtone vrouwen.’

© MAROKKO.NL 2008
marokkaans turks vrouw ondernemers essers
Log in met je MNL-ID
| wachtwoord vergeten?